3e REGIMENT LANSIERS

Het 3e Lansiers werd op 24 October 1830 opgericht onder den naam van « 1e Regiment Kurassiers », doch zijn ware oorsprong dateert van 1841. Op dit tijdstip immers werd er door de Oostenrijksche overheid een troepenkorps, « Belgisch Legioen » genaamd, tot stand gebracht; een regiment zware cavalerie, « Belgische Karabiniers » geheeten, maakte er deel van uit. Toen onze provinciën, in 1815, met Holland vereenigd werden, werd het Legioen ingelijfd in het nieuw leger der Nederlanden en de Belgische Karabiniers kregen den naam van « Regiment Karabiniers Nr 2 ». ‘t Is onder dien naam dat zij eervol vochten te Waterloo. In 1816 worden zij de « Kurassiers Nr 2 » en blijven het tot 1830. Toen de talrijke Belgen die er bij dienden, op dit oogenblik het Hollandsch leger verlieten, vormden zij de kern van het nieuwe « 1e Belgische Kurassiers ». Daar de Kurassiers ten onzent in 1863 werden afgeschaft, kreeg het regiment voortaan den titel van « 3e Regiment Lansiers », welken het thans nog draagt. Dit korps is dus een der oudste van ons leger.

Waardig van hunne voorgangers van Waterloo, wisten de Lansiers van 1914, van het begin der vijandelijkheden af, de eer van hun ouden standaard hoog te houden. Het regiment, alsdan onder de bevelen van Kolonel stafadjunct Hagemans, maakte de divisiecavalerie van de 1e Divisie uit (Generaal Bernheim). Van 4 tot 9 Augustus doet het zich opmerken door de vinnigheid zijner verkenningselementen, die onophoudend de vlakten der Gete doorkruisen en er inlichtingen en gevangenen oogsten. Den 10e Augustus wordt het als steun der verkenningen, naar de Kleine Gete, voorbij de voorposten der infanterie geplaatst en, een halven dag lang, houdt het er dapper stand tegen den geweldigen schok van het gros der Duitsche 2e cavaleriedivisie. Benevens die merkelijke vertraging ondergaat de vijand er bloedige verliezen, doch het regiment zelf laat op het terrein 29 dooden, waaronder 3 officieren en 24 gekwetsten, waaronder 2 officieren. De Duitsche geschiedkundige oorlogsoverzichten brengen eenparig hulde aan de hardnekkigheid van hun tegenstrever.

Tot den 20n Augustus opereert het 3e Lansiers rondom de achterhoeden der achterruittrekkende 1e Legerdivisie en, steeds in aanraking met den vijand, trekt het zich terug naar Antwerpen. Aan de verrichtingen rond de versterkte stelling neemt het niet alleenlijk deel door zijne medewerking bij de offensieve uitvallen, doch ook door het dagelijksch uitzenden van verkenningen en patrouilles ten bate van de verschillende verdedigingssectors.

Eenige dagen vóór den algemeenen aftocht van het leger, van Antwerpen naar Vlaanderen, neemt het 3e Lansiers actief deel aan de bescherming van de hulpbasis Oostende.

Den 18n October zet het regiment ‘t voorspel in van den slag aan den IJzer, wanneer het tegen de hoofdgroepen der Duitsche colonnes de hevige gevechten bij St-Pieters-Kapelle en Leke levert, waar de gepantserde auto’s en de wielrijderscompagnie der divisie zich, zijde aan zijde met de Lansiers, prachtig onderscheiden.

Als divisiereserve opgesteld gedurende den tragischen tegenhoudingsslag, neemt het 3e Lansiers er evenwel deel aan door zijne eenige twee secties mitrailleusen in linie te stellen.