6e LINIE

ZIJNE GESCHIEDENIS

Het 6e Linie in garnizoen te Antwerpen werd bij de mobilisatie ontdubbeld in 6e en 26e.

Na hun mobilisatie werden deze regimenten naar de stelling der Gete gezonden, waar zij echter geen enkel wezenlijk gevecht hadden te leveren. Tijdens den terugtocht naar Antwerpen ontvingen het I/6 en het III/6 den vuurdoop ten Oosten van Werchter en te Aarschot.

Na afmattende marschen kwamen zij, beschut door de versterkte stelling, kantonneeren in de omstreken van Bonheiden-Lier-Vremde.

 UITVALLEN UIT ANTWERPEN

 1e 25-26 Augustus. – Tijdens den slag aan de Marne, verlaat het Belgisch leger zijne versterkte stelling om den Duitschen vleugel aan te vallen. Het 6e Linie steekt de Dijle over en, met de baan Haacht-Brussel als richting, marcheert het ten aanval; intusschen rukt het 26e op naar Wespelaar. Een zeer moorddadig vuur en sterk verdedigde stellingen ontzeggen de brigade den zuideroever van het kanaal van Mechelen.

Op 26 Augustus ‘s avonds wordt de algemeene aftocht bevolen en gedurende eenige dagen zullen de twee regimenten den sector van het fort van Broechem bezetten.

2e 9-13 September. – Het Belgisch leger komt een tweede maal uit zijne versterkte stelling. De 6e gemengde brigade in de richting van de baan Aarschot-Leuven. De operatie, met kracht uitgevoerd, had een gelukkig begin. De vijand werd verdreven uit Wezemaal, Rotselaar en Putkapel. Dank zij eene nauwe samenwerking tusschen het 6e en het 26e werd Wijgmaal den 10n September verlost; den 11n vorderen zij nog, doch hevige tegenstand en aanvallen verplichten hen te wijken en Wezemaal te ontzetten.

Den 13n had ons leger zijne opdracht vervuld: het gevecht werd verbroken, het 6e en het 26e die in die hevige gevechten zware verliezen hadden ondergaan, verbleven de volgende dagen te Berlaar en te Emblehem.

 DE DOODSTRIJD VAN ANTWERPEN

DE AFTOCHT NAAR DEN IJZER

 Den 28n September bezetten het 6e en het 26e de loopgraven in den tusschensector Sint-Katelijne-Waver-Koningshooikt en moeten er een bombardement van reusachtige stukken doorstaan.

Den 1n October wordt de 6e brigade teruggedreven naar de Nete waar zij zich tot den 6n hopeloos vastklampt.

In den nacht van 8 op 9 moet echter de Schelde overgestoken worden – de aftocht naar den IJzer begint.

Op 14 October 1914 worden 6 en 26 tot één regiment versmolten.

DE SLAG AAN DEN IJZER EN HET GEVECHT BIJ RAMSKAPELLE

 Van 17 tot 23 October bezet het 6e den sector van Nieuwpoort.

Den 29n is het 6e hervormd op piket en bezet Allaertshuizen, Jockveld en de , « Briqueterie ». Op 30 October ‘s morgens bezetten de Duitschers den spoorweg en het dorp. Hun vooruitgang wordt echter gestuit door de bataljons van het 6e, geholpen door de Franschen. De toestand is netelig. Alhoewel onze troepen uitgeput zijn en de munitie begint te ontbreken, wordt een tegenaanval bevolen. Ramskapelle moet heroverd en de verdedigingslijn van den spoorweg hersteld. Die tegenaanval moet plaats hebben in den namiddag van den 30n en den nacht van 30 op 31. Nemen er aan deel: het 6e, een bataljon van het 7e, twee compagnies van het 14e en Fransche bataljons. De troepen vorderen met moeite in den nacht, en lijden zware verliezen.

Te 6 u. 30’ blazen de klaroenen van het 6e den aanval. Al de infanteristen stormen onverschrokken ten aanval en bereiken in een sprong den rand van het dorp: zij dringen er binnen en dan verder naar den spoorweg die aan den vijand wordt ontnomen.

In die verrichting waarin het zich met roem overlaadde, verloor het 6e 31 dooden, waaronder 3 officieren, en 173 gekwetsten, waaronder 5 officieren.

 DE HEILIGE WACHT

 Het 6e bezet achtereenvolgens de sectors van Ramskapelle 1914, Loo 1915, Steenstraat 1916, Diksmuide 1917, Ramskapelle midden December 1917 tot Mei 1918, Boezinge 26 Mei tot 9 Augustus 1918, Ramskapelle en Diksmuide van 6 September tot 10 October 1918.

Tijdens dit stabilisatietijdperk werden talrijke « raids » ondernomen en het is onmogelijk de heldendaden, zoowel afzonderlijke als collectieve, van de lange IJzerwacht in deze korte schets te verha1en.

 HET OFFENSIEF VAN 1918

 Den 12n October vervangt het 6e het 6e Jagers te Moorslede. Bij den dageraad van den 14n, na een artillerievoorbereiding van drie minuten stormt het 6e los op de beruchte « Flandern Stellung »; in een sprong bereikt het zijn eerste doel en verovert rond den middag het gehucht « Boschmolen », wat een vooruitgang van 7 Km. diep in de vijandelijke stellingen beteekent.

Den 15n wordt de aanval voortgezet: het is een buitengewoon bloedige dag voor het 6e, elke hoeve, elke struik, elke gracht, verbergt verraderlijke mitrailleusen. Niets kan echter den aanruk onzer troepen tegenhouden. Den 16n October bezet het 6e Ingelmunster en den 17n zet het den vijand achterna, verovert stormenderhand Oostroozebeke en bereikt de Leie den 19n.

Wordt daarna in reserve geplaatst, en lost op 1 November het 4e Linie af in den sector van Ronsele. Na schitterende gevechten steken onze infanteristen den waterweg over en zetten den vijand na tot aan het kanaal Gent-Terneuzen.

‘s Avonds van den 5n wordt het 6e afgelost.

Zijne schitterende deelneming aan het offensief heeft aan het regiment zware verliezen gekost, die op 11 November het totaal bereiken van 537 officieren, gegradueerden en soldaten: dooden, gekwetsten, vermisten.

Vier citaties, in gulden letters op het vaandel geborduurd Antwerpen, IJzer, Ramskapelle, Oostroozebeke, hebben het 6e Linieregiment, den Nestel in de kleur van de Leopoldsorde bezorgd.