HARE GESCHIEDENIS
De Compagnie Vliegers, opgericht in 1910 begint den veldtocht 1914-1918 met een twintigtal vliegtuigen, verdeeld in de verschillende centrums Wilrijk, Luik, Namen en Leuven.
De bemanningen voeren talrijke verkenningen uit en volgen stap voor stap den Duitschen inval in België.
Die aanvangsperiode heeft aan de compagnie vliegers zware verliezen doen ondergaan; zij krijgt bevel om zich terug te groepeeren onder Antwerpen, waar zij hare werking voortzet. Na den val van Antwerpen, stelt de Belgische Luchtvaart hare basis op te St-Idesbalde: van ‘t begin af van den Slag aan den IJzer staat zij flink onze troepen bij.
Gedurende de stabilisatieperiode, van November 1914 tot September 1918, blijft de luchtvaart aanhoudend op de bres: zij neemt deel aan de krijgsverrichtingen door het uitvoeren van gezichts- en fotografische verkenningen, van vuurregelingen, van bombardementen op de vijandelijke stellingen, van aanvallen op « drachen ».
Het is gedurende die lange periode van onverpoosden strijd dat de Belgische Luchtvaart zich organiseert en zich versterkt om bij het begin van het eindoffensief te beschikken over:
3 jachtescadrilles (de Moeren);
1 escadrille voor nachtbombardementen (Leffrinkhoek);
1 verkenningsescadrille van het leger (Houtem);
6 verkenningsescadrilles van legerdivisies (Moeren-Houtem);
1 escadrille watervliegtuigen (Calais).
Intusschen werd er een escadrille watervliegtuigen samengesteld, die deelnam aan de zegerijke verrichtingen in Duitsch Oost-Afrika.
Belgisch personeel versterkt de Fransche escadrilles en werkt samen met onze geallieerden.
Onder de wapenfeiten van die lange stabilisatieperiode dienen vermeld: de aanval op Steenstraat, het offensief 1917, het bombardement van Houtave.
Den 28n September 1918 breekt het bevrijdingsoffensief los, dat de Duitschers uit hunne versterkte stellingen verjaagt en onze troepen aan den voet der Flandern-Stellung brengt; de luchtvaart neemt aan die aanvallen deel door het vuur harer mitrailleusen, hare langdurige verkenningen, hare medewerking met de artillerie. De toestand van het veroverd terrein en het slecht weder maken alle ravitailleering onmogelijk; drie dagen lang, zonder verpoozen, brengt onze luchtvaart proviand en munitie aan onze troepen.
Het luchtleger zet zijne werking voort gedurende het tweede offensief van 14 October 1918, dat ons in één sprong tot aan het afleidingskanaal, vóór Gent brengt.
Onze escadrilles nemen deel aan de bezetting van den Rijn en richten zich in op de vliegvelden te Bochum, Crefeld en Weiden.
Het bulletin der overwinningen onzer luchtvaart vermeldt:
75 vijandelijke vliegtuigen neergeschoten en 49 vijandelijke « drachten » neergehaald.
De diensten willende erkennen welke door Zijne luchtvaart aan het Land werden bewezen, heeft de Koning in de plooien van haar standaard deze roemrijke vermeldingen: NAMEN, ANTWERPEN, IJZER 1917, VLAANDEREN 1918 doen borduren en hem versierd met den nestel in de kleur der Leopoldsorde.