EMIEL SAS
Emiel Marcel Eduard Jozef Sas °Boom 7-6-1923 +Abbeville(F) 20-5-1940
Overleden tijdens bombardement, samen met Eugeen Rymenans en Jozef De Boeck. Ze werden herbegraven op 22 mei 1955 op het erepark. De drie Bomenaars maakten deel uit van de rekruteringsreserve (16-35 jaar) en waren onderweg naar Rouen(F).
Zoon van Jan Jozef Frans & Maria Jozefina Rymenans.
Bij de Duitse inval hadden de Belgische autoriteiten tussen 10 en 15 mei een aantal verdachten (“vijandige Belgen en vijandelijke buitenlanders”) opgepakt in opdracht van de auditeur-generaal Walter Ganshof van der Meersch. “Het is duidelijk dat men heel onverantwoord en willekeurig te werk is gegaan bij de arrestaties. Ze hebben zomaar wat mensen opgehaald: uit wraak, uit jaloezie, om hun politieke overtuigingen, hun Joodse afkomst of wegens hun buitenlandse nationaliteit” volgens overlevende Gaby Warris.
Drie dagen later, op 19 mei, werd de hele groep naar Abbeville gevoerd en opgesloten onder de muziekkiosk op het Marktplein. Toen in de nacht van 19 op 20 mei de stad Abbeville vanuit de lucht door Duitse eskaders zwaar gebombardeerd werd, dachten de Franse bewakers dat de gevangenen bevrijd zouden worden door de Duitsers. Zij besloten in de middag van 20 mei dat het beter was ze te executeren. Eenentwintig gevangenen werden op bevel van de Franse kapitein Dingeon, die plaatscommandant van Abbeville was, uit de kioskkelder gehaald, tegen de muur gezet en zonder proces doodgeschoten. Een vrouw, Maria Geerolf-Ceuterick, werd met bajonetsteken gedood. Zij was per vergissing gearresteerd in plaats van haar schoonzoon, de in Brugge wonende Nederlandse architect Ernst Warris. De executies eindigden door toedoen van luitenant Leclabart, die ten slotte arriveerde en de slachtpartij kon stoppen. (Bron: Wikipedia)