PIETER MAMPAEY
Petrus Franciscus Mampaey
Arbeider en zinkwerker, geboren op donderdag 16 juni 1898 te Boom (soldaat 2kl. mil. c.s 1916/4de jagers te voet 5 ci), gesneuveld op zondag 29 september 1918 te Westrozebeke, begraven aldaar (spriet)rep.2642. Petrus werd herbegraven te Boom op het gemeentelijk kerkhof van Boom op 15 november 1921. Aangaande de herbegraving van Petrus nam het gemeentebestuur contact op met pastoor Jozef Seeldrayers om zeker te zijn dat alle voorzorgen genomen waren. Als de datum van de herbegraving te Boom klopt(15 november) dan schreef de pastoor op diezelfde dag nog een briefje terug naar het gemeentebestuur. Dit luidde als volgt:
“Waarde heer burgemeester, In antwoord op uw geëerd schrijven van 14 dezer, nr.2827, nopens de kerkelijke plechtigheden ter gelegenheid van het overbrengen der stoffelijken overblijfselen van den gesneuvelden soldaat Mampaey Pieter Frans, heb ik de eer u te melden dat alle maatregelen in de kerk zullen getroffen zijn op geschreven dag en uur. gelief, met mijnen innigen dank voor uwen geëerde mededeeling, de verzekering mijnen hoogachtende gevoelens te aanvaarden” was getekend, J.Seeldrayers pastoor-deken.
Gezien de pastoor niet in zijn brief vermeldde dat de plechtigheid diezelfde dag zou plaatshebben doet vermoeden dat de datum van herbegraving niet klopt. Op 2 mei 1923 werden er voor Petrus volgende eretekens op het gemeentehuis afgegeven: Ridderkruis in de orde van Leopold II en het oorlogskruis + brevet. Deze moesten aan zijn vader worden bezorgd. Zijn vader had op 7 februari 1920 de persoonlijke bezittingen ontvangen van zijn zoon. Dit was een pakje briefwisseling en portretten. Petrus overleed ongehuwd.
Hij was de zoon van Franciscus Julianus(°Boom 19 augustus 1871) en Emerantia Talboom(°30 december 1868). Zij huwden te Boom op 23 mei 1896. Er zijn van hen twee adressen bekend in Boom: Vrijheidstraat nr.25 en Antwerpsestraat nr.167. Zij ontvingen een uitnodiging om de inhuldiging van het monument der gesneuvelden op 14 oktober 1923 bij te wonen.