1836
Na het overlijden van Joanna Theresia werd de inventaris opgemaakt van wat er zich bevond in “De Scheepvaart”. Deze grote en bekende herberg bestond gelijkvloers uit een estamineekamer uitgevende met 2 vensters op de straat, een brede kamer, eveneens met 2 vensters op de straat, en een keuken met 2 vensters op de achterplaats. Op de eerste verdieping was er een corridor, een bovenzaal, een kamer met 1 venster op de open plaats, een kamer ernaast, een kamer met 2 vensters op de straat, nog een kamer met 2 vensters op de straat en een kamertje daarnaast met 1 venster op de straat. Daarvan dienden er een aantal als hotelkamer.
Op de zolderverdieping bevonden zich de zolder, een kamer voor de knecht en 2 voor de meiden. Achter het gebouw was een open plaats, een remise met zolder en een paardenstal. Onder het gebouw bevond zich de kelder. Het totale bedrag van de inboedel werd geschat op iets meer dan 5500 fr. De duurste zaken bevonden zich in de remise, waar naast 2 “cheesen” (elk goed voor 200 fr.) een diligence stond (1650 fr.), het pronkstuk van de inboedel. In de paardenstal stonden 5 paarden, waaronder 1 veulen. In de kelder bevond zich de wijnvoorraad, bestaande uit o.a. 200 flessen Bordeauxwijn (200 fr.), 15 flessen Franse brandewijn, 8 flessen Rijnse wijn, 3 Saint-Emilion en 1 champagne mousseux. In de estamineekamer waren aangepaste romers beschikbaar. Er stonden 16 stoelen, een canapé, 6 tafels en een toog in olmenhout met mahoniehouten pomp en spiegel. Er bevond zich een biljart met 3 ballen en 10 keuen. Aan de muur hingen 6 prenten met mahoniehouten lijsten en de ramen waren voorzien van gordijnen. Een ijzeren stoof hield de koude buiten.
De kamer ernaast was het restaurant. Daar stonden 2 tafels met blauw tafelkleed en oranje bloemen en 6 stoelen. Er bevonden zich potten met opgelegde krieken en komkommers, 20 talloren, 5 schoteltjes, “jatten”, een koffie-, thee-, melk- en suikerpot, 2 glazen mosterdpotten en 7 glazen zout- en pepervaten. Aan de muur hingen 4 prenten en een spiegel en aan de ramen gordijnen. De ijzeren stoof zorgde voor warmte. In de keuken bevonden zich een ingemetste “cuisiniere”, het kookgerei, nog wat servies en het bestek. Boven bevonden zich 5 bedden en 8 “canapeeën”. 4 van de bedden waren voorzien van witte gordijnen. Op de bedden lagen een matras, kussen met peul, lakens en wollen of katoenen “sargiën”. Op de zolderverdieping stonden nog 3 bedden zonder gordijnen, bestemd voor de knecht en de 2 meiden.
De huisbaas Joannes Baptista Benedictus Best had nog een slordige 600 fr. te goed voor geleverd bier ten tijde dat de weduwe Van Antwerpen de herberg openhield, maar ook Franciscus Eyckmans, brouwer te Boom in “Den Hoorn” (bekend voor zijn goede bieren1RAA, notariaat 8669, notaris Carolus Joannes Antonius Vermeulen te Boom, akten 79, 81, 83, 84 en 91 van 25/4 tot 8/5/1850. in de Kerkstraat, maakte aanspraak op de ronde som van 500 fr. voor geleverd gerstenat. Wijnen werden voorzien door de heer Claessens uit Antwerpen en de heer Pauwels uit Brussel kon de diligence repareren. Vermoedelijk stierf Joanna Theresia na ziekte, want de rekeningen van dokter en apotheker werden voldaan met wat er was voortgekomen uit de verkoop van haar kleren en lijnwaad.2RAA, notariaat 8655, notaris Carolus Joannes Antonius Vermeulen te Boom, akte 56 van 14/3/1836.