SPOORWEGBATALJON DER GENIE

HARE GESCHIEDENIS

In Augustus 1914 bestond er slechts ééne compagnie welke deel uitmaakte van de genie der versterkte stelling Antwerpen.

In Februari 1915 was er een bataljon van 2 compagnies (800 man); in Mei 1917 waren er 3 compagnies (1.400 man); in Mei 1918: 4 compagnies (1.950 man).

 

VOORNAAMSTE VERRICHTINGEN IN WERKEN

1914:   –  Werken te Antwerpen.

–  Vervaardigen, besturen en bewapenen van pantsertreinen.

–  Vernielingen (Aalst-Denderleeuw).

1915:   –  Van 2 Januari af verzekert het algeheel den dienst der buurtspoorwegen en der spoorwegen met gewoon spoor in de gansche zone ten Oosten van Adinkerke, en zulks tot het offensief van 1918.

–  Aanleg van den afleidingsbuurtspoorweg van Veurne.

–  Aanleg van den spoorweg Adinkerke-Klein Leisele.

–  Aanleg van de spoorwegen der bakkerij te Adinkerke.

–  Aanleg van den buurtspoorweg Klein Leisele-Hoogstade-Linde.

1916:   –  Aanleg van sporen: Veurne-Koksijde-Oostduinkerke mei stellingen van Zware Spoorwegartillerie.

1917:   –  Oprichting van stellingen van Zware Spoorwegartillerie te Avekapelle.

–  Vergrooting van het station van Koudekerke.

–  Opnieuw aanleggen van door de Duitschers vernielde sporen in de Somme en de Oise: Rebecourt-Noyon; Flavy-le-Martel-Tergnier; Ham-Foreste (40 km. spoor en 137 km. brug).

–  Aanleg van sporen: Avekapelle-Fortem-Izenberge; Fortem-Grognie; Hoogstade-Loo-Fortem voor het offensief in Vlaanderen.

1918:   –  Aanleg van het spoorwegnet van 0,60 met mechanische tractie.

–  Opbreken en voorbereiden van de vernieling der sporen op het Belgisch front.

–  Herstellen van sporen tijdens het offensief (October-November):
Boezinge-Kortemark-Torhout-Brugge; Brugge-Oostende; Brugge-Brugge (dokken); Brugge-Landegem-Drongen; Brugge-Eekloo-Evergem; Gent (Antwerpsche Poort)-Meirelbeke-Melle-Kwatrecht.

–  Aanleg van den buurtspoorweg Tournehem-St-Homelin.