HECTOR TEMMERMAN
Isidoor Hector Temmerman °Boom 23-11-1924 +Edegem 25-10-1985
Ere-kapitein commandant gemeentelijke brandweer Boom. Lid verzetsbeweging ‘De Zwarte Hand’
Zoon van Victoor Jozef & Maria Antonetta Vinck. Huwde met Alida Herremans
In de ‘Aankondiger van Boom en Omstreken’ werd op 17 juni 1945 onderstaand interview gepubliceerd1http://www.getuigen.be/dezwartehand/
Als laatste spreker kwam dan Heer HECTOR TEMMERMAN Allereerst vertelde hij over zijn aanhouding. Om 8.30 ’s morgens ontwaardde ik aan den ingang der fabriek Duitsche SS vergezeld van heer Claessen van Antwerpen. Ze kwamen naar de gieterij en verwittigden Heer Schoenmaeckers, deze kwam mij zeggen dat men mij kwam aanhouden. In de kleedkamer werd ik eerst gansch ontkleed, schijnbaar dachten ze wapens of vlugschriften te vinden, die laatste had ik, blijkbaar een voorgevoel, den vorigen avond verbrand. Vervolgens moest ik mee. Op mijn vraag of ik mijn middagboterham mocht meenemen, kreeg ik van een Duitscher, een zekeren Parkman, als antwoord : “Bei uns gibt es essen !” Heb ik ook aan den lijve gevoeld ! In den auto trof ik Hendrik De Bondt, die wist blijkbaar ook van niets. Bij mij thuis werd alles onderzocht en omgekeerd, maar niets gevonden. Dan ging het voort naar het Fort Van Breendonck. Reeds bij den ingang maakte ik kennis met een Duitsche geweerkolf. Anderen stonden daar reeds, in houding, met het gelaat dicht tegen een witgekalkten muur. Van 10 tot 3 uur moest ik hen gezelschap houden. Dit was een zeer zware straf, zoo zwaar zelfs dat, men mij op den auto moest sleuren ! Tot vrijdag’s zaten we in de Begijnenstraat, dan werden we verhoord in de Della Faillelaan waar men ons tergde om een bekentenis af te dwingen, dit door een Duitscher, pistool in de eene, matrak in de andere hand. De zwarthemden die ons later ondervroegen waren zelfs nog slechter voor ons dan de Duitschers. Daar heb ik met de eerste maar tevens de grootste folterkamer hier in Belgïe kennis gemaakt. Op 25 maart trokken we naar Vorst, de raapkoolsoep was daar nog slechter dan in Duitschland. Na 3 maand begon eerst ’t lijden, Wuppertal, Esterwegen, Wolfenbuttel, Gross-Strehlitz, terug Wolfenbuttel : Amerikanen ! Maagdenburg : Amerikanen ! Tot we in Brandenburg kwamen waar we, op 27 april, na 3 jaar en 6 maanden, door de Russen verlost werden. NN 354 ! Zoo leefden wij. Immer diezelfde letters voor ogen, NN … We leefden met één hoop … Helaas zoo klein !… We hoopten nog éénmaal naar moedertje en vadertje weer te keren… NN , geschrapt uit boeken en registers .. NN , Geen naam meer en kreveerend in de donkerte en vochtigheid van een enge gevangeniscel… NN, Veroordeeld om gehangen te worden of later als proefkonijn de kampen van Auswich of Buchenwald te mogen bezoeken. In ons binnenste groeide dat wat we onze stervende makkers met tranen in de oogen, de vuisten met een ongekende kracht gebald, beloofden en verzekerden. In ons binnenste groeide de lust tot vergelding ! Makkers gevallen voor het vaderland, gij vervuldet uw plicht, wij zijn fier op U. Wij vergeten U niet ! Wij blijven te saam ! Dag in dag uit verschijnt uw aller bleek gelaat ons voor den geest. In uw oogen lezen we die diepe smart, in uw blikken bestatigen wij dat bidden en smeeken. Makkers, wij vergeten U niet ! Heer Roggen dankt vervolgens de sprekers en overhandigt hen in naam van het W.F.het jaarboek van het W.F.” Historische verhalen van Paul Kenis” Wij hopen dat we kortelings weer andere jongens in ons midden kunnen begroeten.
Over de thuiskomst van Hector Temmerman staat in het boek ‘De Bruggen van Boom’ te lezen:
Op zondagnamiddag 3 juni werd het Boomse gemeentebestuur verwittigd dat 2 andere politieke gevangenen, Louis Uytfries en Hector Temmerman, ’s avonds in Brussel zouden arriveren. Spontaan stelden autobezitters hun voertuig ter beschikking. Wanneer het Boomse onthaalcomité onder de leiding van commissaris Rummens en Rik Masson te Brussel toekwam, bleek dat beide jongemannen zich nog in Namur bevonden.
Rummens besloot ze daar meteen op te halen. Op maandagmorgen 4 juni, om 7 uur, komen ze in Boom toe. De gevels van de woningen van Uytfries en Temmerman zijn versierd met vlaggen en foto’s. Vele buren kunnen hun tranen niet bedwingen. Het comité Solidariteit van het Onafhankelijkheidsfront, geleid door mevrouw Masson, organiseert dezelfde avond nog een groot welkomstfeest en bezorgt beide teruggekeerden een aanzienlijk geldbedrag om de kosten van de eerste geneeskundige zorgen te dekken. Ook Uytfries en Temmerman vertellen aan de geschokte toehoorders over de doorstane ontberingen. Politiecommissaris Rummens houdt een redevoering waarbij hij in het kort de werking van De Zwarte Hand schetst. Hij hoopt op de behouden terugkeer van alle gedeporteerden en brengt een laatste eerbewijs aan al diegenen waarvan geweten is of waarvoor gevreesd wordt dat ze nooit meer zullen terugkeren.
Meer info: De Zwarte Hand dossier 80